Fiscus neemt “flippers” in het vizier

Er komen strenge controles op zogenaamde “meerwaarde behaald bij de snelle wederverkoop van onroerende goederen”. Dat heeft minister van Financiën Vincent Van Peteghem (CD&V) verklaard aan partijgenote en Kamerlid Leen Dierick, die van de minister wilde weten welke specifieke prioriteiten de FOD Financiën voor volgend jaar naar voren schoof.

Wie komt er nu juist in het vizier van de fiscus?

Fiscaal experten Erik Van Laecke en Ive Rosseel, verbonden aan de studiedienst van het ACV, beklemtonen dat de belastinginspectie specifiek particulieren viseert die in relatief korte tijd verschillende huizen kochten én vervolgens ook snel weer verkochten. Zo botste de fiscus enkele jaren geleden op een belastingplichtige die binnen een periode van 13 jaar maar liefst 33 gebouwen had gekocht. Maar ook bij de verkoop van een tiental panden kan men al geviseerd worden. In deze gevallen oordeelt de fiscus immers dat dit als beroepsinkomen gekwalificeerd moet worden.

Voor alle duidelijkheid: koop jij privé een kluswoning aan, die je renoveert en vervolgens met winst terug verkoopt, dan gaat de fiscus jou niet meteen viseren, zolang je dit slechts af en toe doet. In dat geval blijf je onderworpen aan de fiscale regels voor particulieren. Dan betaal je dus een belasting van 16.5% op de meerwaarde. Is het jouw enige eigen woning, dan betaal je geen meerwaardebelasting.

Ben je echter semi-professioneel “flipper”, dus iemand die meerdere panden per jaar opkoopt om te renoveren en te verkopen, dan kan de fiscus dit als jouw beroep beschouwen. De gerealiseerde meerwaarden worden dan als beroepsinkomsten beschouwd en belast aan de progressieve belastingtarieven.

De exacte criteria om iemand als “beroepsflipper” te beschouwen, liggen niet vast. Het is dus voer voor discussie. Het aantal geflipte panden is een belangrijke indicatie. Het moet om een regelmatige, voortdurende activiteit gaan. En het geheel straalt een professioneel karakter uit: het gaat bijvoorbeeld vaak om mensen die al in het vastgoed actief zijn. En er wordt ook gekeken of de particulier bijvoorbeeld zware leningen aangaat voor de aankoop van vastgoed.

Kleinschalige investeerders moeten dus niet meteen het ergste vrezen. Echter is het wel duidelijk dat de fiscus in haar zoektocht naar fondsen de vastgoedsector in het vizier heeft. Bespreek dus tijdig uw persoonlijke situatie met uw boekhouder of fiscalist.